Over de kunst van de Zuid-Afrikaanse
kunstenaar William Kentridge in Filmmuseum Eye, Amsterdam
Toen de
Zuid-Afrikaanse beeldend kunstenaar William Kentridge (Johannesburg, 1955) in een interview gevraagd werd waarom hij
binnen de Europese kunsttraditie werkt en weinig 'Afrikaanse esthetiek' laat
zien in zijn werk, antwoordde hij: „Ik ben in de
Europese kunstgeschiedenis geschoold. Hetzelfde geldt nu voor de meeste zwarte
beeldende kunstenaars uit Zuid-Afrika. Klassieke verhalen zoals Goethes Faust geven houvast bij
het maken van werk over hedendaagse morele vraagstukken. Daarnaast lopen
Afrikaanse en Europese tradities meer in elkaar over dan je zou denken.
Afrikaanse beeldhouwkunst is bijvoorbeeld beïnvloed door expressionistische
houtsneden die de lutherse missionarissen meebrachten. En dan zijn die
houtsneden weer beïnvloed door Afrikaanse maskers. Puurheid bestaat niet.”
Dat
puurheid niet bestaat tonen de installaties van deze kunstenaar. Zijn installatie
More Sweetly Play the Dance (tot 30
augustus te zien in Filmmuseum Eye, Amsterdam), laat een paneel van 45 meter
lengte zien waarop een optocht wordt geprojecteerd van een wel heel gevarieerd
gezelschap, uitgevoerd in een techniek die geanimeerde houtskooltekeningen
combineert met gefilmde figuren, uit karton gesneden objecten, geluid en
muziek. Tegen een achtergrond van bewegende luchten, gras en rommel - een
landschap dat de mijnbouwwoestenij rond Johannesburg weerspiegelt - schuifelt
een brassband voorbij die melancholische, Afrikaanse klanken blaast. Andere
figuren die aan de optocht deelnemen tollen in de rondte, maken allerlei
vreemde bewegingen of bewegen zich voort terwijl zij Romeinse koppen en koppen van
mijnwerkers, palmen, een vlag, Chinese tekens, een vogelkooi, een typemachine
en nog meer silhouetten van verschillende objecten met zich meedragen. Ook is
er iemand die pamfletten rondstrooit, een ander zwaait met een vaandel en wordt
gevolgd door op de muziek dansende skeletten.
Een 'dodendans' in tegenlicht gefilmd waardoor het ook
lijkt op een schimmenspel. De
schimmen van de dood die dansen in Plato's grot. In
die grot zitten mensen zodanig vastgeklonken dat zij maar een kant uit kunnen kijken,
waardoor zij slechts schaduwen zien van de wereld die zich achter hen voltrekt
in het licht van hetgeen volgens Plato de waarheid is. Om die waarheid te
ontdekken moeten de gevangenen eerst worden bevrijd om naar het licht van de
grotopening te worden gesleurd. Een gewelddadig idee dat volgens Kentridge aan alle
revoluties en utopisch denken vooraf gaat: "Elke
poging tot verlichting, iedere missie om mensen te redden, al onze beste
intenties gaan zo gebukt onder het gewicht van wat daarop volgt: hun schaduw,
het geweld dat met de verlichting gepaard is gegaan." Uit de mythe van Plato komt volgens hem
zowel de verlichting en hulp aan Afrika voort als het meest gruwelijke geweld
en kolonialisme.
De
vaandeldragers in de optocht verwijzen naar revoluties en utopisch denken,
evenals de titel van de tentoonstelling in Eye 'If We Ever Get to Heaven'. Door
de geschiedenis heen offerden hele hordes zich op 'to get to heaven', om
anderen in dit idee met zich mee te sleuren. Kentridge laat ze aan ons voorbij
trekken als een vrolijke fanfare in een processie die hij associeert met
religieuze optochten waarin heiligen worden meegedragen, maar ook met de
optochten van vluchtelingen die hun hele hebben en houwen met zich meetorsen.
Dat associatieve denken kenmerkt hem en maakt dat hij zich zowel laat
inspireren door de zuil van Trajanus in Rome (als je de reliëfs van die zuil
uit zou rollen krijg je ook een processie) als door de middeleeuwse verbeelding
van de dodendans, of door Chinese mijnwerkers en de politieke situatie in
Zuid-Afrika.
Toch staat
die politieke situatie in Zuid-Afrika of elders in de wereld nooit voorop in
zijn werk. "Ik heb nooit geprobeerd illustraties van de apartheid te
maken, maar de tekeningen en films komen zeker voort uit en worden gevoed door de
sporen van een meedogenloze samenleving", zegt Kentridge. Hij voegt er aan
toe dat zijn werk gaat over de imperfectie van de mens en tegenstrijdigheden in
de politiek. Maar misschien komen in de politiek ook verschillende werelden bij
elkaar en zijn de schaduwen een weergave van een diepere werkelijkheid dan die
van het oppervlakkige en gedetailleerde alledaagse.
Dit artikel is in het Spaans verschenen in Revistart www.revistart.es